In zijn opzienbarende boek 'De Goelag Archipel' beschrijft Solzjenitsyn de geschiedenis van het spookachtige eilandenrijk van terreur en geweld. Weids opgezet, met de documentaire zorgvuldigheid van een modern historicus en geschreven met de taalbeheersing van een groot epicus, is dit het credo geworden vaneen Nobelprijswinnaar. In zijn boek komen geen verzonnen personen voor, noch verzonnen gebeurtenissen, en toch kent het als literair kunstwerk in onze tijd zijn weerga niet. 'De Goelag Archipel' is literatuur van het hoogste plan, maar de meesterpen van Solzjenitsyn maakt het werk leesbaar als een boeiende roman. Hetgeen ook Solzjenitsyns uitdrukkelijke bedoeling was, want zijn aanklacht moest onder ogen van zoveel mogelijk mensen komen.
'... En aangenomen dat de vrijheid in ons land nog lang niet zal ontgloren en het doorgeven van dit boek met grote risico's gepaard zal gaan, zal ik ook de toekomstige lezers mijn dank moeten overbrengen: uit naam van de omgekomen slachtoffers...'
Solzjenitsyn wil niet als rechter optreden over zijn land- en tijdgenoten. Hij voelt zich mede schuldig aan al het kwaad dat in zijn vaderland of door zijn volk bedreven wordt. Om niet nog groter 'schuld' op zich te laden, heeft Sozljenitsyn dit boek geschreven. Hij wist dat het over zijn verdere lot zou beslissen. Desondanks heeft hij de publikatie ervan in het westen gewenst.