Tijdens een van haar tochten ontmoet ze de marrons, de nakomelingen van de gevluchte slaven, en wordt deelgenoot van de kennis van een Surinaamse medicijnman. In De groeten aan de koningin beschrijft Karin Anema een avontuurlijke reis door een fascinerend land dat nog steeds een voelbare band met Nederland heeft. In Suriname kruist Nederland voortdurend je pad. Daarmee is het boek tegelijkertijd een confrontatie met onze eigen geschiedenis.