Dit boek - volgens velen Lewis’ mooiste boek - is een allegorie. De helbewoners maken per bus een uitstapje naar de hemel, maar niemand van hen wil er blijven. Hemel en hel passen niet bij elkaar, net zomin als goed en kwaad. Tussen beide bestaat een absolute scheiding.
Aan het eind van zijn voorwoord schrijft Lewis: " Ik verzoek mijn lezers te willen bedenken dat hetgeen hier geboden wordt fantasie is. Het bevat natuurlijk - dat was althans mijn bedoeling - een moraal. Maar de in dit boek gestelde toestanden na de dood zijn slechts vrucht van de verbeelding: ze bedoelen niet een gissing of speculatie te zijn omtrent hetgeen ons werkelijk wacht."
Aan het eind van zijn voorwoord schrijft Lewis: " Ik verzoek mijn lezers te willen bedenken dat hetgeen hier geboden wordt fantasie is. Het bevat natuurlijk - dat was althans mijn bedoeling - een moraal. Maar de in dit boek gestelde toestanden na de dood zijn slechts vrucht van de verbeelding: ze bedoelen niet een gissing of speculatie te zijn omtrent hetgeen ons werkelijk wacht."