Op 31 juli 1917 klimt de 26-jarige Engelse onderwijzer Robin Ryder in de buurt van Ieper een loopgraaf uit en rent overmoedig de Duitse mitrailleurs tegemoet. Drie dagen later raakt hij zwaargewond door een Duitse granaat; voortaan moet hij zijn gezicht verbergen achter een maskertje.
Op ongeveer hetzelfde moment haalt zijn leeftijdsgenoot Lucien Hirschland, handelsreiziger van de bloeiende Nederlandsche Cocaïne Fabriek te Amsterdam, een grote order binnen van een Engelse farmaceutische firma, en kort daarop sluit hij met een inkoper van het Duitse leger een lucratieve deal. Van de provisies kan hij zijn felbegeerde Harley Davidson kopen.
Na de wapenstilstand brengt een wonderlijk toeval Robin Ryder in huize Hirschland, waar hij liefdevol wordt opgevangen door Luciens jongere zus Swaantje. Er groeien verwachtingen en illusies, maar door bedrog en zelfbedrog raken hun levens volledig ontworteld, want de oorlogsveteraan heeft meer te verbergen dan zijn verminkte gezicht.
De handelsreiziger van de Nederlandsche Cocaïne Fabriek is een weergaloze roman, gebaseerd op ware feiten.
Boekfragment:
Hij schoof de contracten naar Kirkpatrick, die er zijn kleine vreugdeloze handtekening onder zette. Om de fantastische deal toch een feestelijk aanzien te geven voorzag Lucien zijn eigen ondertekening van zwierige hoofdletters. Hij beloofde zelf bij de fabriek langs te gaan om alles voor de volgende dag te regelen. ‘Al moeten we onze laatste voorraden aanspreken,’ zei hij opgewekt. Kirkpatrick kreeg het nu echt te kwaad. Met benauwde blik stormde hij de kamer uit. Lucien leunde achterover in zijn stoel, haalde een sigaar tevoorschijn en maakte berekeningen in zijn hoofd. Twee maal vijftienhonderd kilo cocaïne à achthonderdvijfenzeventig gulden per kilo, dan was de provisie... Het eindbedrag lichtte voor hem op als knetterend vuurwerk tegen een donkere hemel. Heel helder zag hij de glimmende Harley Davidson voor zijn geestesoog verschijnen.