Het tweede avontuur van de buitengewoon grappige familie Hapsnurk
Meneer Hapsnurk kan een grote zak zilveren munten verdienen! Het enige wat hij hoeft te doen is een ZOP (Zeer Onmisbaar Persoon) afleveren bij een onbekende vrouw op een eiland. Maar er zijn kapers op de kust. En op zee trouwens ook. Een onschuldige smokkelaar is gewoon nergens meer veilig!
De familie Hapsnurk zet alle zeilen bij om niet koppie-onder te gaan en Sunny, Mimi en Tingel hebben er hun handen (en slurf) aan vol. Ondertussen worden ze steeds achterdochtiger. Wie is die ZOP eigenlijk? Waarom mogen ze alleen zijn armen en benen zien? En waarom moet het allemaal zo stiekem?