Dag na dag herbeleeft Harry dat verschrikkelijke jaar 1989, het jaar van Tienanmen, het jaar van de Muur, het jaar van de moord. Op een zomernacht viel toen het gezin van zijn oude vriend Luc Van Eynde onder de kogels van een stel bandieten. De misdaad werd nooit helemaal opgelost. Het was ook het jaar waarin een onbekende verkoper Harry een originele brief van de grote wiskundige Georg Cantor aanbood, een brief die meer duidelijkheid zou brengen over het leven van dit getormenteerde genie. Een buitenkans, een mogelijkheid om door te breken als schrijver.
Maar ook Mia, zijn vrouw, heeft kopzorgen. In datzelfde jaar 1989 raakte ze het spoor van haar beste vriendin Else bijster. Haar hartsvriendin uit Halle was betrokken bij het volksverzet tegen het Oost-Duitse regime en verloor haar baan. Na de val van de Muur verdween Else, zonder een spoor na te laten. En nu, in het zonnige voorjaar van 2011, zorgde het lot ervoor dat ze naar Halle konden reizen, elk met hun eigen doel, elk met hun eigen droom. Het verschijnen van de moordenaar dreigt alles op losse schroeven te zetten.