Met The Bell (1958) vestigde Iris Murdoch definitief haar naam als een van de beste Engelstalige schrijvers. De roman over een groep mensen die – ver van de drukke wereld – tot rust wil komen in de religieuze gemeenschap Imber Court is tegelijk geestig en serieus. Murdoch combineert in deze roman een uiterst ingenieuze plot met een scherpe blik op de menselijke geest. Centraal in dit verhaal staan Dora, die haar man heeft verlaten, en Michael, de geestelijk leider van Imber Court. Hij is homoseksueel en wordt onmiddellijk verliefd op de jonge student Toby, die een paar maanden op Imber Court komt werken voor hij naar de universiteit gaat. Murdoch schrijft met veel compassie over Michael en zijn verliefdheid. The Bell verscheen in 1961 in een vertaling van Hella S. Haasse als De klok. Dit derde deel van de Regenboogreeks bevat een nawoord van Murdoch-kenner Doeke Sijens.