In de Afrikaanse jungle, niet ver van de kust, woekert een verbijsterend kankergezwel. Het tropische regenwoud, altijd een symbool van vruchtbaar leven, vertoont dode plekken. De dode plekken zijn niet verwekt door ziekte of geweld. Een onvoorstelbare pestilentie heeft de stof zelf aangetast. Het is of tijd en beweging opraken, alsof de klokveer van het heelal afloopt. Gruwelijk van schoonheid is de kanker bovendien. Alles wat erdoor wordt getroffen verandert in schitterende kristallen. Onwaarschijnlijke juwelen nemen de plaats in van het leven.