In de kookruimte van een houthakkerskamp in het noorden van New Hampshire ziet een angstige jongen de vriendin van de plaatselijke politieman aan voor een beer. De gevolgen zijn desastreus. Zowel de jongen als zijn vader slaan op de vlucht, een tocht die hen van Boston naar Vermont en Toronto brengt, continu op de hielen gezeten door de onverbiddelijke politieman. Hun enige beschermer is een vrijheidsgezinde houthakker met wie ze vriendschap sluiten.