Wanneer de bloedstollend knappe Xavier Kingston als medewerker zijn entree maakt bij De Stem, de alom gerespecteerde kwaliteitskrant met het progressieve imago, slaat hij de redactie met blindheid. De journalist Leo Wekeman, nog maar pas door zijn vrouw verlaten, weet zich geen raad met de overgevoeligheid die hij begint te ontwikkelen voor Kingstons verschijning. Intussen stort hij zich op zijn werk en probeert zich op te werpen als de geknipte figuur om de president van de Verenigde Staten bij diens aanstaande bezoek aan België te interviewen. Maar wanneer hij wordt gepasseerd en het interview aan Kingston wordt toegewezen, breekt voor hem een nachtmerrie aan van zelfverlies en aftakeling die uiteindelijk zijn laatste woorden uit hem perst, de woorden waarmee hij zichzelf, de anderen, en zelfs de hele wereld uit wil praten...
In vaak pijnlijk pregnante bewoordingen weet Yves Petry de ernst van deze geschiedenis weer te geven. Maar met evenveel stilistische klasse brengt hij haar als een stilistische struikelpartij, begeleid door aanstekelijk, demonisch geschater.