zijn broer naar zee. In Diksmuide
knepen ze de remmen dicht en
bezochten ze een tentoonstelling
van de Oostendse kunstenaar LEON
SPILLIAERT (1881–1946). Voor het
eerst zag Demets andere facetten van
Spilliaerts werk dan zijn marines en
taferelen op de desolate zeedijk.
Later werd Demets vooral getroffen
door de zelfportretten. Spilliaert
probeerde er zijn angsten door te
bezweren. Dat was wat Demets ook
deed, maar dan in taal, toen de gezondheidssituatie
van zijn oudste dochter
bij haar geboorte in 1995 levensbedreigend
bleek te zijn. Spilliaert
bood Demets een spiegel waarin
hij zijn persoonlijk universum en
bepaalde maatschappelijke gebeurtenissen
uit die periode optekende.
Dat werd De landsheer van de Lethe.
Het manuscript werd in 1997 bekroond
met de Lode Baekelmansprijs van de
Koninklijke Academie voor Taal- en
Letterkunde (kantl), maar werd niet
gepubliceerd. Nu het 75 jaar geleden is
dat Spilliaert overleed, ziet de bundel
alsnog het licht.
PAUL DEMETS is dichter, lector aan
de School of Arts (kask) in Gent,
onderwijsdidacticus aan de UGent
en poëzierecensent voor onder
andere De Standaard. Van 2016 tot en
met 2019 was hij Plattelandsdichter
van de Provincie-Oost-Vlaanderen.
In 2018 publiceerde hij De klaverknoop.
De bundel werd bekroond met de Jan
Campertprijs. In 2020 verschenen de
bundels De aangelanden en De hazenklager,
die op de shortlist van de
Grote Poëzieprijs stond. Eerder dit
jaar publiceerde hij de Raveel-bundel
Het web van omtrek.