Londen, januari 1895: Henry James is in afwachting van de premiere van zijn eerste toneelstuk in Londen. Hij heeft zich nog nooit zo kwetsbaar gevoeld en - in tegenstelling tot zijn tijdgenoot Oscar Wilde - zo ongeschikt voor publieke belangstelling. Als het stuk uitloopt op een fiasco trekt hij zich terug achter zijn schrijftafel. In grote eenzaamheid werkt hij aan een serie meesterwerken, waarvoor hij echter grote persoonlijke offers moet brengen.
In De Meester wordt een schitterend portret geschetst van een krachtig en levendig schrijver, die echter ongrijpbaar blijft voor vrienden en familie. Een schrijver die het geestelijk leven telkens hoger stelt dan zijn gevoelsleven, maar ondertussen zijn verlangens niet kan ontkennen.