Drie luiken, drie lagen, drie tijden. In 1944, twee weken na d-Day, steekt kunsthistoricus Edgar Auerbach in het kielzog van de geallieerde troepen het Kanaal over, op zoek naar door de nazi’s geroofde kunst. In 1500 monstert een jonge schilder uit de Nederlanden aan op het schip van een Osmaanse kapitein met de opdracht de kusten van de Middellandse Zee zo nauwkeurig mogelijk in kaart te brengen. En in Los Angeles anno nu twijfelt schilderes Karen Christiansen aan de zin van een heel leven gewijd aan de kunst. De mirreberg is een roman over een triptiek, geschreven in de vorm van een triptiek.