*
een liefdesverklaring aan de pöezie
De mooiste van altijd. Een titel die eigenlijk te groot is voor om het even welk boek. Maar meer dan een titel is het een liefdesverklaring aan de poëzie. En dan kan het, mag het, moet het. Poëzie gomt niet alleen grenzen uit, ze blijkt ook regelmatig de tijd aan haar lichtvoetige laars te lappen. 'De mooiste' gedichten willen 'van altijd' zijn, blijken onsterfelijk. Tussen verdwijnende en komende generaties, door de geschiedenis heen die meermaals de wereldkaart hertekende, blijven zij door hun innerlijke kracht overeind. Koen Stassijns en Ivo van Strijtem ondernamen een ongemeen boeiende wereldreis door de tijd die hen van Basho tot Baudelaire bracht en van Du Fu tot Poesjkin. Zij bezochten Villon, Shakespeare, Goethe en raakten betoverd door Hafez en andere Arabische dichters, door anonieme en overbekende gedichten, door haiku's, sonnetten en ballades, door diepreligieuze en fijnzinnige erotische gedichten.
Dit boek is niet af, kan en wil dat ook niet zijn. Wie volledigheid nastreeft heeft wellicht een boek nodig dat minstens tien keer zo dik is.
De mooiste van altijd bevat gedichten van 2000 v. Chr. tot en met de 19de eeuw. Eigenlijk is het dus de voorloper en de essentiële aanvulling van De mooiste van de hele wereld dat uitsluitend gedichten van de 20ste eeuw bevat. Het is een eerbetoon aan de vele vertalers die met monnikengeduld deze gedichten in onze taal herdichtten. Het succes van De mooiste van de hele wereld toont overtuigend aan dat een ruim publiek een zoektocht als deze naar waarde zal weten te schatten en van deze tijdloze poëtische parels zal genieten.