Hoe goed is het huidige Nederlandse profwielrennen? Op de weg, want we beperken ons in deze Muur tot ‘de grote jongens’, al kunnen er inmiddels ook boeken worden volgeschreven over de Nederlandse vrouwen, de baan, BMX en het veldrijden.
Hoe goed dus zijn onze beroepsrenners? Het antwoord is simpel: bovengemiddeld goed, want het is een lust naar ze te kijken én ze te zien presteren. Van klassiekers tot kampioenschappen, van kleine rondjes tot grote ronden, van tijdritten en bergen, van sprinters, solisten en rittenkapers.
Met Sunweb en Jumbo-Visma beschikt Nederland dit jaar over twee ijzersterke World Tourploegen, daarachter manifesteert Roompot-Charles zich steeds nadrukkelijker, en is iedereen benieuwd naar het debuutjaar van Mathieu van der Poel en zijn Corendons.
Geen topsport zonder talent, maar ook geen duurzaam succes zonder weloverwogen ontwikkeling. Het Nieuwe Nederlandse Wielrennen is geboren uit een Plan. Joost-Jan Kool gaat daarvoor op zoek naar Sunweb-grondlegger Iwan Spekenbrink. Sam Planting legt de data van Sunweb en Jumbo naast elkaar. Welke cijfers zijn het best, en waarom. Sam laat er zijn eigen formules op los en komt met een eindscore. Wie de winnaar is over 2018?
Hoe grote wielrenners veertig jaar (en langer) geleden achter het IJzeren Gordijn werden gekweekt, staat in de verhalen over Sergei Soechoroetsjenkov, de Russische Hinault (Martin Bons), Peter Winnen en Rini Wagtmans in de Vredeskoers van 1980 (Rob Willemse) en ‘Täve’ Schur – het politieke uithangbord op de racefiets (Erik Brouwer).
Voorts: Jeroen Wielaert lanceert een derde expositie van wielerschilderijen (Kunst rond Koers 3) van de Vlaming Erwin De Bie, Herman Chevrolet introduceert zijn nieuwste boek over Albéric Briek Schotte, en Peter de Jonge mocht (eindelijk) op Zeeuws gesprek over de jongensjaren van Jan Raas.
En natuurlijk de vaste thema’s in de Muur. Wiep Idzenga maakte een bloedstollende reconstructie van de Gent-Wevelgem van 1985 en de klassieker die daaraan voorafging, de Ronde van Vlaanderen, met dubbele hoofdrollen voor Eric Vanderaerden en Phil Anderson. Nando Boers had een openbarend gesprek met Jos van Emden over het vak dat hem maar blijft boeien. Plus de even stoere als verstillende poëzie van onze Willie Verhegghe, ditmaal over de Parijs-Roubaix-winnaars Paul Deman en Marc Demeyer.
O ja, en uiteraard ook weer een juweel van Frank Heinen – over de actieve jaren van Vlaming Emiel Van Cauter, die het bestond weleens met een lijkwagen naar de koers te komen. Uiteindelijk werd hij zelf een lijk, in Thailand.
Een boordevolle Muur, voor als de voorjaarskoersen éven mochten stilvallen.
Hoe goed dus zijn onze beroepsrenners? Het antwoord is simpel: bovengemiddeld goed, want het is een lust naar ze te kijken én ze te zien presteren. Van klassiekers tot kampioenschappen, van kleine rondjes tot grote ronden, van tijdritten en bergen, van sprinters, solisten en rittenkapers.
Met Sunweb en Jumbo-Visma beschikt Nederland dit jaar over twee ijzersterke World Tourploegen, daarachter manifesteert Roompot-Charles zich steeds nadrukkelijker, en is iedereen benieuwd naar het debuutjaar van Mathieu van der Poel en zijn Corendons.
Geen topsport zonder talent, maar ook geen duurzaam succes zonder weloverwogen ontwikkeling. Het Nieuwe Nederlandse Wielrennen is geboren uit een Plan. Joost-Jan Kool gaat daarvoor op zoek naar Sunweb-grondlegger Iwan Spekenbrink. Sam Planting legt de data van Sunweb en Jumbo naast elkaar. Welke cijfers zijn het best, en waarom. Sam laat er zijn eigen formules op los en komt met een eindscore. Wie de winnaar is over 2018?
Hoe grote wielrenners veertig jaar (en langer) geleden achter het IJzeren Gordijn werden gekweekt, staat in de verhalen over Sergei Soechoroetsjenkov, de Russische Hinault (Martin Bons), Peter Winnen en Rini Wagtmans in de Vredeskoers van 1980 (Rob Willemse) en ‘Täve’ Schur – het politieke uithangbord op de racefiets (Erik Brouwer).
Voorts: Jeroen Wielaert lanceert een derde expositie van wielerschilderijen (Kunst rond Koers 3) van de Vlaming Erwin De Bie, Herman Chevrolet introduceert zijn nieuwste boek over Albéric Briek Schotte, en Peter de Jonge mocht (eindelijk) op Zeeuws gesprek over de jongensjaren van Jan Raas.
En natuurlijk de vaste thema’s in de Muur. Wiep Idzenga maakte een bloedstollende reconstructie van de Gent-Wevelgem van 1985 en de klassieker die daaraan voorafging, de Ronde van Vlaanderen, met dubbele hoofdrollen voor Eric Vanderaerden en Phil Anderson. Nando Boers had een openbarend gesprek met Jos van Emden over het vak dat hem maar blijft boeien. Plus de even stoere als verstillende poëzie van onze Willie Verhegghe, ditmaal over de Parijs-Roubaix-winnaars Paul Deman en Marc Demeyer.
O ja, en uiteraard ook weer een juweel van Frank Heinen – over de actieve jaren van Vlaming Emiel Van Cauter, die het bestond weleens met een lijkwagen naar de koers te komen. Uiteindelijk werd hij zelf een lijk, in Thailand.
Een boordevolle Muur, voor als de voorjaarskoersen éven mochten stilvallen.