In september 1975 vond de archeoloog Sotiris Dakaris onder de resten van het orakel van Ephyra in het noorden van Griekenland talrijke brokjes hasj. Dit was het jongste bewijs dat mensen in de onderaardse verblijven waarin 'levende lijken' zweefden en de toekomst voorspelden, bedwelmd en voor het orakelproces ontvankelijk werden gemaakt. Ook Hades, de onderwereld, kwam hier als reliëf, uitgebeeld in steen, te voorschijn. Philipp Vandenberg was ooggetuige van deze opzienbarende ontdekkingen en begon in Ephyra zijn drie jaar durende onderzoekingen naar het best bewaarde geheim van de klassieke oudheid, de orakels. Vijftien orakelplaatsen rond de Middellandse Zee bevonden zich op zijn speurroute. Hij ontmoette wetenschapsmensen van internationale faam, opgravers en onderzoekers die dit unieke historische fenomeen op verschillende manieren trachtten te doorgronden. De orakels geeft antwoord op de meest fascinerende vraag van het oudheidkundig onderzoek: waren de bezoekers van de orakels in Griekenland, Klein-Azië, Egypte en Italië de ontvangers van paranormale boodschappen of waren zij de slachtoffers van priesterlijke manipulaties? Vandenberg kijkt achter de schermen van de orakels en vertelt over de geheimzinnige stemmen van Dodona, over het programmeren van toekomstdromen, over priesteressen die in extase waanzinnig werden of stierven, over de sissende aardspleet in Delphi, over de geraffineerde orakeltest van koning Croesus, over goden, priesters en charlatans. Maar de lezer wordt niet alleen met historische feiten geconfronteerd, hij wordt tevens ooggetuige van het archeologisch onderzoek. Er opent zich voor hem een onbekende wereld die tot voorheen slechts het domein van een kleine kring geleerden was.