In zijn zelfgebouwde vliegtuig koos Joost Conijn een route die niemand anders ooit nam. Hij vloog vanuit Europa over Afrika en bezocht de meest onherbergzame gebieden in het oerwoud. Hij landde op rafelige stukjes asfalt en kreeg eten en een slaapplaats van de verwonderde mensen voor wie hij zomaar uit de lucht kwam vallen. Overgeleverd aan het materieel van zijn vliegtuig, aan het humeur van de plaatselijke autoriteiten en aan de elementen, maakte Joost Conijn een verbijsterende tocht.