Nadat Véronique - een modieuze Parisienne het heeft uitgemaakt met haar saaie vriend, springt ze in het witte Fiatje van haar ouders en rijdt beschonken en stoned door een tunnel in Parijs. Als ze de volgende middag wakker wordt hoort ze het bericht van het fatale ongeluk van prinses Diana. 'Oh shit,' beseft ze. 'Ik heb de prinses vermoord.' Samen met haar vriendin Estelle - die van de heroïne is afgekickt omdat het zo slecht is voor je huid - besluit ze haar auto te slopen en de onderdelen her en der in prullenbakken door Parijs te dumpen. Dat blijkt nog niet zo gemakkelijk als ze denken. Tot overmaat van ramp koestert een onuitstaanbare collega van Véronique haar verdenkingen. Intussen moet er geld komen voor een nieuwe auto, en dienen er op het seksuele vlak daden gesteld te worden. Rhodes beschrijft de kopzorgen van deze verveelde Parijse jongeren puntig en meeslepend, maar betoont zich in zijn hilarische roman ook een meester in karakteristieke personages en Monthy Python-achtige dialogen.