Het Koninkrijk wemelt in armoede. De oogsten zijn al jaren pover, de visvangst wordt geteisterd door zware stormen op zee, regen en onweer zijn het enige dat de bevolking kent. De oude koning Marius is de laatste die de krachten van Weermagie heeft, maar lijkt na de dood van zijn vrouw niet meer om zijn koninkrijk te geven.
Vesper, een meesterdief, geeft alleen om de goudstukken die ze na een voltooide opdracht krijgt. Ze spaart om een reis over de Verre Zee te maken en het vasteland voorgoed achter zich te laten. Wanneer Berach haar pad kruist met een onmogelijke opdracht, twijfelt zelfs Vesper of dit wel haalbaar is. Hij wil het Kristal der Seizoenen uit het Paleis stelen en vernietigen. Zo denkt hij de seizoenen aan de mensen terug te kunnen geven en een einde aan de armoede te maken.
Vesper komt erachter dat er meer is dan alleen goud en heeft na al die donkere jaren plots weer hoop in de toekomst.
