De speler is een van de kleine, latere romans van Dostojewski, waarin hij toont een meester te zijn in het snel verlopend en boeiend verhaal. Het boek is in de ik-stijl geschreven. De ik is een Rus, die als huisleraar bij een vooraanstaande Russische familie in een van de bekende Europese speelcentra verblijft. De familie houdt naar buiten een grote schijn op, maar is moreel en financieel aan lager wal. Het hele familieleven bestaat uit een permanente intrige om deze kloof tussen de schijn en de werkelijkheid te overbruggen. En de huisleraar is zowel toeschouwer als hartstochtelijke medespeler hierbij; een kenmerkend thema voor Dostojewski. Het verhaal staat in het teken van de roulette; een spel dat geknipt is voor de Russen, zo zegt Dostojewski zelf. Zij richten er zich mee ten gronde en voeden zich met de illusie dat morgen… morgen… alles anders zal zijn. Dostojewski is er dikwijls op uit de Russische mens met de andere te vergelijken. In dit verhaal dat zich buiten Rusland, in de kosmopolitisch speelcentrum, afspeelt, krijgt hij een unieke kans daartoe. Er staan in dit boek aangrijpende aforismen over de Russische mens. Hoe verloren, verscheurd, onevenwichtig of slecht zijn Rus ook moge wezen, Dostojewski's sympathie staat tenslotte altijd aan diens kant. Voor hem is de Rus de incarnatie van de liefdeboodschap aan de wereld en geen volk kan zich daarin met het Russische meten.