Pricilla, 22, white trash, werkt in een filiaal van de Free Record Shop. Karim is een ongelovige Marokkaanse neerlandicus uit een welgesteld milieu. Moorkop, noemt Priscilla hem. Ze valt voor hem en laat zich meesleuren, weg van thuis, weg van de vrachtwagengeur die om haar vaders lichaam hangt, weg van het eeuwige bollen pellen, weg van het varken dat haar stiefbroer om de paar maanden uitbeent op een behangtafel met truckzeil. Karim zal alles anders maken. Wat een onmogelijke liefde lijkt, wordt een verhouding die zo in een feelgoodmovie past. Tot Karim op een nacht wordt gevonden aan de rand van een tulpenveld - gestenigd als een vrouw in een woestijndorp. '