De achttienjarige Ahmad is onder invloed van de imam van de buurtmoskee volledig in de ban geraakt van het islamitische geloof. Zijn leven staat in het teken van Allah en de Koran. Ahmad is de zoon van een eigenzinnige en artistieke Iers-Amerikaanse moeder en een Egyptische vader, die zijn gezin in de steek heeft gelaten toen Ahmad drie jaar oud was. Op zijn elfde heeft Ahmad de islam ontdekt. Hij ziet het materialisme en hedonisme dat overal om hem heen welig tiert in de verlopen fabrieksstad waar hij woont, als een bedreiging voor zijn geloof. Als hem de gelegenheid geboden wordt zijn overtuiging in daden uit te drukken, aarzelt hij geen moment