Mees en zijn tweelingzus Merel ontdekken een mysterieuze winkel. De etalage staat vol met honderd ouderwetse wekkers en andere klokken. Maar alle klokken staan stil. Op de winkeldeur hangt een vergeeld briefje: De Tijdwinkel. Voor al uw verloren tijd. Tijdelijk geopend. Bellen én kloppen. ''Zou het kunnen?'' denkt Mees. ''Zou hij de verloren tijd met zijn overleden vader kunnen inhalen?'' Maar het loopt anders via een tijdmachine belanden ze in de middeleeuwen. Daar komen ze midden in de strijd tussen de graven van Gryvestein en Grauwefeldt terecht.