Op zijn bekende, weergaloze wijze verhaalt Ramdhani over een vakantie in Suriname in 1999. Bouterse regeert, het land is failliet, kinderen lijden honger en temidden van deze economische ellende, ontmoet Ramdhani tientallen mensen met allemaal hun eigen levensverhaal. Tegelijkertijd begint hij een buitenechtelijke relatie vol stomende seks met een bloedmooie Javaanse dame, die zelf ook getrouwd is. Daar Ramdhani ook put uit de levensverhalen van zijn ouders en grootouders en zijn eigen leven, is dit boek behalve een autobiografie, ook een historisch document van grote waarde. Boeiend van de eerste tot de laatste letter!