Roemenië, 1977. Tegen de achtergrond van de dictatuur van CeauSescu speelt een aangrijpend liefdesverhaal, dat overschaduwd wordt door angst en wantrouwen. De jonge Mona Manoliu is verliefd op Mihai, een geheimzinnige jongen uit een naburig dorp. Ze brengen veel tijd samen door, genietend van elkaars liefde. Maar er wordt gefluisterd dat Mihai bij de geheime politie zit en dat Mona wel eens in groot gevaar zou kunnen verkeren. Wanneer het dagelijks leven steeds meer onder politieke druk komt te staan, bedenkt Mona samen met haar ouders een ontsnappingsplan. Ze vertrekt zonder afscheid te nemen, zelfs niet van Mihai... Domnica Radulescu won op zeventienjarige leeftijd de Roemeense prijs voor korte verhalen en ontvluchtte kort daarop haar land. Ze vestigde zich uiteindelijk in Amerika, waar ze De trein naar Triëst schreef.