Op een morgen, als hij wakker wordt, merkt de giraf dat hij geen nek meer heeft. Zijn hoofd zit op zijn schouders met niets ertussen. Hij weet niet waar zijn nek is gebleven en zoekt hem overal. Eerst thuis en daarna in het bos, maar hij vindt hem niet. Nooit dacht hij aan zijn nek, maar nu kan hij nergens anders meer aan denken... Hij ziet dat alle dieren er opeens wel een hebben, zelfs de egel, de krekel en de mier. Ze dragen hun lange nek vol trots of schamen zich ervoor, ze kijken op de giraf neer of hebben met hem te doen. Sommigen willen hun nek aan hem afstaan, zoals de sprinkhaan, die zelfs een uitgebreid assortiment nekken te koop heeft. Maar de giraf wil maar één ding: zijn eigen nek terug.