‘Vasthouden!’ Het is 30 juni 1924 en minister van Financiën Hendrik Colijn aarzelt geen moment wanneer de grootste bank van het land op omvallen staat. De Rotterdamsche Bankvereeniging moet overeind gehouden worden. Pers, politiek en publiek zijn hevig verontwaardigd: jarenlang waren de miljoenenwinsten toegevloeid naar directie en aandeelhouders en nu is er gemeenschapsgeld nodig. Hoe was het zover gekomen? Lodewijk Petram neemt de lezer mee naar de oververhitte jaren na het einde van de Eerste Wereldoorlog. Hij geeft een scherp beeld van de manier waarop banken hun zaken deden toen bankiers nog heren waren, en hij portretteert op prachtige wijze de vaak excentrieke hoofdfiguren: de steenrijke Kröller, de eigenwijze Van Hengel, de kordate Colijn. Wat zij allen toen niet wisten, was dat de wereld aan de vooravond stond van een enorme crisis, die de herinnering aan deze heeft doen vervagen. Bankiers, minister en pers gaven bovendien elk een eigen draai aan de geschiedenis en het werkelijke
verhaal raakte razendsnel op de achtergrond. In De vergeten bankencrisis haalt Petram het met ongekende verve naar boven.