‘Als het vrijdag is en volle maan, dan moet je oppassen. Dan is de wereld behekst. Wie in die nacht bij een vijver komt, die ziet de vijvervrouw. Zij komt stil naar boven, zonder dat er een rimpel in het water beweegt. Zij zegt niets en kijkt je met haar ijskoude ogen aan. Dan wenkt zij met haar witte hand en je gaat het water in of je wilt of niet. Er is niemand die je helpen kan. Het water sluit zich boven je hoofd en wat er dan met je gebeurt, dat weet geen sterveling.’ Zo leiden de eerste zinnen van het sprookje De vijvervrouw je een rijk binnen van koningen en koninginnen, van heksen en geesten, van kabouters en griezelige tovenaars.Dit boek bevat een selectie van vierentwintig van Bomans’ spannendste sprookjes. De mooie, sfeervolle illustraties en de heldere stijl zullen kinderen aanspreken; volwassenen zullen zich vermaken met de kenmerkende Bomans-humor die je tussen de regels door leest.