In De virtuele spiegel schetst Koen Damhuis (1987) het portret van zijn eigen generatie, de Facebookgeneratie, die digitaal meer en meer met elkaar deelt, maar achter de perfecte zelfbeelden vooral vecht tegen zichzelf. Stap voor stap ontleedt hij de oprukkende kijk-en-vergelijkcultuur. Zijn analyse roept de vraag op of we niet vaker de ogen moeten sluiten om te zien wat er werkelijk toe doet.