Een duister heerschap klopt aan en belooft hem het onmogelijke. Enterhaeck komt in de verleiding maar mist de beweeglijkheid om tijdig van de dolgedraaide carrousel te springen. Hij komt om het leven. Na zijn crematie krijgt de dichter Peter Holvoet Hanssen een floppydisk en drie geluidscassettes van de kluizenaar in handen. Ze bevatten twee afgewerkte verhalen en een eigenzinnige interpretatie van het heiligenleven van de H. Jozef van Copertino,de vliegende monnik. Holvoet Hanssen tracht het bizarre gedachtegoed van de zonderling te reconstrueren. De vliegende monnik is als kermismuziek met valse noten. De carrousel leidt zijn eigen leven, versnelt of vertraagt volgens zijn eigen wetmatigheden.
