Walter Lavender is twaalf, maar hij praat niet. Daarom denken mensen dat hij dom is. Maar hij ziet juist veel meer dan anderen. In zijn ogen dansen de croissantjes en cakejes rond in de bakkerij van zijn moeder. In zijn ogen hebben ook de zwerver op de hoek en de vrouw die lege blikjes verzamelt een verhaal. En wat hij ook ziet: dingen die kwijt zijn. Als hij mensen helpt hun zoekgeraakte spullen te vinden, vindt hij misschien ook ooit zijn verdwenen vader terug.
Wanneer een belangrijk etalagestuk uit de bakkerij verdwijnt, het enige aandenken aan zijn vader, en het plotseling slecht gaat met de bakkerij, moét hij er wel op uit om zijn moeder te helpen. Met de hulp van een stoet kleurrijke personages en fantasierijke verhalen probeert hij te doen wat onmogelijk lijkt: je eigen stem vinden in een overvolle stad.