Zes jaar later ontvangt advocaat Cal Dexter een verzoek om hulp. Het stoffelijk overschot van Billy is gevonden en zijn grootvader, een invloedrijke zakenman, wil alles op alles zetten om de moordenaar voor het gerecht te slepen. Dexter is de aangewezen persoon om deze klus te klaren. Niet omdat hij een gerespecteerd advocaat is, maar omdat hij naast zijn dagelijkse werkzaamheden nog een specialiteit heeft: het opsporen van personen die niet gevonden willen worden, waarbij elk middel is geoorloofd.
En zo begint de jacht op Zoran Zilic, een van de ergste misdadigers die de oorlog in Joegoslavië heeft voorgebracht. Zilic, een vertrouweling van Slobodan Milosevic, is ontsnapt aan de troepen van SFOR en heeft zich in Zuid-Amerika verschanst. Dexter krijgt opdracht hem op te sporen en naar de Verenigde Staten te brengen, waar hij berecht kan worden. Maar wat Dexter niet weet, is dat ook de CIA geïnteresseerd is in Zilic, en wel om heel andere redenen...