Het verhaal over Deirdre en de zonen van Usnach is een oude sage uit Ierland. De dichter Adriaan Roland Holst (1888-1976) maakte er een zeer persoonlijke bewerking van die in 1920 voor het eerst in boekvorm verscheen. Het is zijn meestgelezen prozawerk geworden.
Het vertelt over een jonge vrouw die voorbestemd is de bruid van de koning van Ulster te worden, maar die het land ontvlucht met de minnaar die ze zelf gekozen heeft. De jaloezie van de koning lokt verraad en wraak uit, wat leidt tot de noodlottige afloop die al bij Deirdres geboorte was voorspeld. Roland Holst geeft in deze poetische vertelling een sterk beeld van zijn hoofdpersonen, tegen de achtergrond van eenzame, ruige landschappen. Er staan onvergetelijke passages in Deirdre en de zonen van Usnach, zoals de beschrijving van aanstormende strijdwagens, van het harpspel in de koningsburcht voor de strijd losbarst, of van Deirdres einde.