In de tuin van de Leuvense universiteitsbibliotheek worden de lijken van twee vooraanstaande academici gevonden. De ene is het hoofd ingeslagen, de andere is op een veel vreemdere manier om het leven gekomen: al het bloed is uit zijn lichaam verdwenen. Commissaris Solomon beseft dat hij meteen moet ingrijpen: een sinistere moordenaar heeft een demon in de stad losgelaten. Samen met zijn aspirante Lisa Noman, die niet van plan is als een willoos hulpje achter hem aan te draven, duikt Solomon in de stationsroman Demon in Leuven onder in de academische wereld, met al zijn intriges, na-ijver en complotten. Het bestaan van die demon vindt hij alvast niet verbazingwekkend: zijn magie en het bovennatuurlijke niet gewone wetenschappelijke disciplines? Maar het aantal mensen dat werkelijk magische krachten heeft, is erg beperkt. En een van hen heeft duidelijk besloten een persoonlijke vete in de academische wereld definitief te regelen. Solomon en Noman moeten de moordenaar en de demon zo snel mogelijk vinden, vooraleer zij nog meer slachtoffers maken.
