Kenia, 1910. Als de jonge Ivory meereist met haar vader op safari, wordt ze onmiddellijk verliefd op het land en de natuur – én op Adrian Edgecumbe, de grootwildjager die hen rondleidt. Al snel na de bruiloft blijkt echter dat Ivy voor Adrian niets meer is dan een trofee...
Wanneer Adrian sneuvelt in de oorlog, neemt Ivy de leiding over het bedrijf. Op haar safari’s worden geen dieren geschoten, alleen gefotografeerd. Ze stuit daarbij op verzet van de andere witte jagers, maar Ivy zet vastberaden door, gesteund door Sanele Zulu, Adrians rechterhand. Maar hun vriendschap ontwikkelt zich voorzichtig tot méér, en die relatie kan op nog meer afkeuring rekenen dan haar werk…