Misstanden kunnen zo diep in de maatschappij verankeren dat ze onopgemerkt blijven voor diegenen die er zelf niet tegenaan lopen. Helaas komt het er al te vaak op neer dat onrecht zichtbaar wordt via de weg van de particuliere verhalen, de anekdotes, de privé -ervaringen. In Dooddoener. Het zal je pa maar wezen wordt zo’n waargebeurd verhaal uitgebreid geboekstaafd in een sociale roman. Het is veelal de taak van de media geworden om oog te hebben voor uitwassen als machtsmisbruik door bestuurders en anderen die we van rechtswege zouden moeten kunnen vertrouwen.
“Rechts van de tv hangt een nieuwe collage familiefoto’s. Foto’s uit het gezin waaruit pa zelf afkomstig is, zijn vader en moeder, broer en zussen, en van zijn eigen gezin. Van ma en de vier jongste kinderen. Van drie zussen en Gerben. ‘Wij staan er niet bij,’ constateert Chris.
Pa schudt verdrietig het hoofd. ‘Nee.’ Het klinkt alsof hij het zelf niet begrijpt. Misschien heeft hij om de foto’s gevraagd, die zijn er genoeg in huis. Van Lienke en Chris, van de kleinkinderen, van bruiloften en verjaardagen. Er zijn zelfs al twee achterkleinkinderen. Van de oudste bestaat een leuke foto waarop pa hem ver boven zijn hoofd tilt. Opa en achterkleinzoon, allebei schateren ze op de foto, en ma, overgroot oma, kijkt trots lachend toe.
Katrien Bever tikt venijnig op haar horloge. ‘De tien minuten zijn om.’
‘Oh, nu al?’ Lienke schrikt.
Chris vraagt of hij nog wat foto’s mag maken. Dat mag, met tegenzin dat wel. Hij negeert de onwillige houding van vooral Bever. Hij probeert zijn vader op te vrolijken. Pa trekt een frons. Hij bevat nog niet wat er precies aan de hand is, dat de verpleegkundige een einde aan het bezoek maakt terwijl hij geniet van zijn kinderen. Hij heeft ze zo lang niet gezien. Pa zit er goed bij, er is geen enkele medische reden dit bezoek te beëindigen.
Lienke maakt een hele mooie foto van een lachende pa met Chris. Chris drukt af om Lienke en pa net zo mooi op de kiek te zetten. Maar pa heeft in de gaten gekregen dat er iets aan de hand is. Op de foto met Lienke, kun je al zien dat zijn gezicht betrekt. Het dringt tot hem door dat ze zijn kinderen wegsturen.
Pa wordt onrustig. In zijn ogen blinkt een traan, zijn lip trilt. Gehoorzaam nemen zijn oudsten afscheid. Ze willen elke mogelijke escalatie voorkomen. Maar als Lienke en Chris pa een zoen geven, barst hij in huilen uit.
‘We moeten weg, pa, maar we komen gauw terug.’”
Janny de Heer woonde jaren op Curaçao en deed er historisch onderzoek, dat in 1999 resulteerde in haar debuut, Landskinderen van Curaçao, drie historische verhalen, in 2015 opnieuw uitgebracht onder de titel Yu di tera / Landskinderen. In Suriname verrichtte zij uitgebreid historisch onderzoek voor het schrijven van Gentleman in slavernij (2013), een roman over een Duitse immigrant in het 19de-eeuwse Suriname. In 2016 verschijnt de roman De barones, een fascinerend verhaal van een door de oorlog ‘besmet’ vrouwenleven. In Buitenbeentjes (2017) en in Het geheime wapen (2019) staat het Nederlands koloniaal verleden in voormalig Nederlands-Indië centraal. Dooddoener. Het zal je pa maar wezen is haar zesde boek bij Uitgeverij In de Knipscheer.
“Rechts van de tv hangt een nieuwe collage familiefoto’s. Foto’s uit het gezin waaruit pa zelf afkomstig is, zijn vader en moeder, broer en zussen, en van zijn eigen gezin. Van ma en de vier jongste kinderen. Van drie zussen en Gerben. ‘Wij staan er niet bij,’ constateert Chris.
Pa schudt verdrietig het hoofd. ‘Nee.’ Het klinkt alsof hij het zelf niet begrijpt. Misschien heeft hij om de foto’s gevraagd, die zijn er genoeg in huis. Van Lienke en Chris, van de kleinkinderen, van bruiloften en verjaardagen. Er zijn zelfs al twee achterkleinkinderen. Van de oudste bestaat een leuke foto waarop pa hem ver boven zijn hoofd tilt. Opa en achterkleinzoon, allebei schateren ze op de foto, en ma, overgroot oma, kijkt trots lachend toe.
Katrien Bever tikt venijnig op haar horloge. ‘De tien minuten zijn om.’
‘Oh, nu al?’ Lienke schrikt.
Chris vraagt of hij nog wat foto’s mag maken. Dat mag, met tegenzin dat wel. Hij negeert de onwillige houding van vooral Bever. Hij probeert zijn vader op te vrolijken. Pa trekt een frons. Hij bevat nog niet wat er precies aan de hand is, dat de verpleegkundige een einde aan het bezoek maakt terwijl hij geniet van zijn kinderen. Hij heeft ze zo lang niet gezien. Pa zit er goed bij, er is geen enkele medische reden dit bezoek te beëindigen.
Lienke maakt een hele mooie foto van een lachende pa met Chris. Chris drukt af om Lienke en pa net zo mooi op de kiek te zetten. Maar pa heeft in de gaten gekregen dat er iets aan de hand is. Op de foto met Lienke, kun je al zien dat zijn gezicht betrekt. Het dringt tot hem door dat ze zijn kinderen wegsturen.
Pa wordt onrustig. In zijn ogen blinkt een traan, zijn lip trilt. Gehoorzaam nemen zijn oudsten afscheid. Ze willen elke mogelijke escalatie voorkomen. Maar als Lienke en Chris pa een zoen geven, barst hij in huilen uit.
‘We moeten weg, pa, maar we komen gauw terug.’”
Janny de Heer woonde jaren op Curaçao en deed er historisch onderzoek, dat in 1999 resulteerde in haar debuut, Landskinderen van Curaçao, drie historische verhalen, in 2015 opnieuw uitgebracht onder de titel Yu di tera / Landskinderen. In Suriname verrichtte zij uitgebreid historisch onderzoek voor het schrijven van Gentleman in slavernij (2013), een roman over een Duitse immigrant in het 19de-eeuwse Suriname. In 2016 verschijnt de roman De barones, een fascinerend verhaal van een door de oorlog ‘besmet’ vrouwenleven. In Buitenbeentjes (2017) en in Het geheime wapen (2019) staat het Nederlands koloniaal verleden in voormalig Nederlands-Indië centraal. Dooddoener. Het zal je pa maar wezen is haar zesde boek bij Uitgeverij In de Knipscheer.