Een man wordt op wrede wijze geliquideerd: hij is met handen en voeten ondergedompeld in ziedend frituurvet op het Falconplein in Antwerpen. De pers heeft het in geuren en kleuren over de Gruwelijke Frituurmoord. Door die misdaad stoten de speurders Carpentier en Dewit op een smokkelroute tussen Rusland en Europa. Er worden onder meer al dan niet vervalste doeken van Rubens verhandeld. Via Sveta, een bloedmooie Georgische, komen ze in aanraking met de Russische maffia. Het Falconplein wordt niet voor niets ook het Rode Plein genoemd. Ondanks alle tegenwerking en intimidaties, ook uit de meest onverwachte hoek, slagen de speurders erin de frituurmoord op te lossen.