Dwalmgasten is een bundel van uitersten, met gedichten over oorlogsgeweld en mensen die op de vlucht slaan, maar ook over grote levensvervullende liefdes, zoals die van het echtpaar aan wie het vergund is niet te hoeven meemaken hoe de ander sterft: ze veranderen tegelijk, zij in een linde, hij in een eik. Het liefdevolle en het verschrikkelijke sluiten elkaar niet uit maar vullen elkaar aan, de taal is dreigend en geladen. De dichter zoekt een verbindingspunt tussen het persoonlijke en het mythische, tussen de kleine en de grote verhalen.
Wie wil begrijpen, moet bewegen. Wie wil ervaren, moet open zijn, ook voor vreemde gasten open doen.