De hang naar vrijheid en een verzwegen schuldgevoel drijven Viktor Roscam, een jonge viroloog, aan het eind van de jaren tachtig naar West-Berlijn. Door een verslindende liefde mist hij zijn afspraak met de wereldgeschiedenis. Juliane heet ze, of Juli, een naam die klinkt als een vluchtige zomer.
Een kwarteeuw later krijgt Viktor eindelijk de kans zelf in te grijpen in de orde van de wereld dankzij een medische openbaring, die voor een doorbraak moet zorgen in de wetenschap rond talloze chronische ziektes. Zijn euforie gaat gepaard met een haast devote toewijding, een moreel plichtsbesef en – zeker wanneer het verleden zich opnieuw aandient – de verwachting dat alles nu zal veranderen.
Echo is een roman over het verlangen van een man om bewijs te zien voor zijn bestaan: in de geschiedenis, de wetenschap en de liefde. Verbeelding, reconstructie en werkelijkheid lopen door elkaar in een plot die zich almaar dwingender ontvouwt.