‘Wat wil je later worden, Boris?’ Boris vindt het maar een gekke vraag. Hoe weet hij dat nou? Gelukkig helpt oma hem. ‘Laten we maar beginnen met de letter B,’ zegt ze. ‘De B van Boris. Wil je Bakker worden, of Balletdanser? Buschauffeur of Burgemeester? Of toch liever Brandweerman in een mooie rode auto?’ Boris denkt en denkt... Er is zó veel om uit te kiezen!
En jij? Weet jij al wat je wilt worden?
En jij? Weet jij al wat je wilt worden?