De familieclan van de Jordáns draait met elke politieke wind mee en dat legt ze geen windeieren. Bibliothecaris Aleš Jordán haat het schaamteloze opportunisme van zijn familie. Dat is gevaarlijk, want de familieclan zorgt er zelf voor dat ieder zwart schaap uitgeschakeld wordt. Aan het hoofd van de clan heerst tante Dušicka. Op haar sterfbed draagt ze de macht over aan uitgerekend Aleš. Op niet mis te verstane wijze geeft hij te kennen dat hij weigert in haar voetsporen te treden. Hoe kan Aleš de druk van zijn familie ontvluchten? Een bedroefde God is een spannende en absurdistische parabel over de onmogelijkheid om als individu te bestaan onder welk systeem dan ook. Kratochvil schreef de novelle als eerbetoon aan Kundera en Borges.