De 104 jarige vrouw - De 11 jarige jongen - en een vriendschap van 9 zaterdagen
Mevrouw Ona Vitkus heeft haar hele leven - op drie maanden in de zomer van 1914 na - zo onopvallend mogelijke geleefd en haar geheimen streng bewaakt.
De jongen, met zijn fascinatie voor wereldrecords, brengt daar verandering in met zijn bezoekjes. Hij is elf. Zij is honderdvier jaar én honderddrieëndertig dagen oud (hij houdt het bij). De jongen geeft haar het gevoel dat ze misschien toch wel speciaal is. Beter laat dan nooit...
Maar nu is de jongen al twee weken niet geweest en begint ze te denken dat hij toch niet zo bijzonder is als ze dacht. Wat kan anders de reden zijn van zijn plotselinge verdwijning?
Als mevrouw Vitkus de jongen al bijna vergeten is, komt niet hij maar zijn vader plotseling bij haar langs, vastbesloten om de goede daad waar zijn zoon aan was begonnen af te maken. Ona moet deze nieuwe vreemdeling duidelijk maken dat er niet alleen veel klusjes zijn om op te knappen, maar dat er ook een levenswerk te volbrengen is... Maar waar kan de jongen gebleven zijn?