Zolang ze zich kon herinneren, werd Drusilla Delaney’s leven beheerst door de Framlings: Lady Harriet, haar zoon Fabian, haar dochter Lavinia.
Als kind speelde ze vaak verstoppertje in het Grote Huis, dat met zijn lange gangen en stille kamers de onweerstaanbare bekoring van het geheimzinnige in zich droeg. Op een van haar speurtochten belandde ze ongewild in de vertrekken van de zonderlinge miss Lucille en zag daar voor het eerst de waaier van pauwenveren uit India...
Schijnbaar heeft het lot Drusilla veroordeeld tot een leven in de schaduw van de Framlings. De beeldschone, maar lichtzinnige Lavinia vormt een voortdurende bron van onheil, haar broer Fabian een bron van onrust.
Wanneer Drusilla de Framlings naar India volgt, is zij zich geheel onbewust van de gevaren die haar daar wachten. In het koloniale India breekt de storm van de opstand los. Drusilla is getuige van gruwelen die ze nooit meer zal vergeten en komt zelfs oog in oog te staan met de dood.
En dan is er de waaier die steeds weer in haar leven opduikt en een gelukkig leven in liefde in de weg lijkt te staan. Een waaier van geluk...?