Julia is al een tijdlang niet in haar geboortedorp Zeeburcht geweest omdat het contact met haar voorheen alcoholverslaafde moeder, die er al die jaren is blijven wonen, is verwaterd. Maar dan krijgt ze het bericht dat haar moeder plotseling is overleden en vertrekt ze meteen naar haar ouderlijk huis. Enig kind zijn en gescheiden ouders hebben betekent dat Julia in haar eentje haar moeders huis moet opruimen en voor de honden moet zorgen.
Het valt haar zwaar want ze heeft helemaal niets met die harige, stinkende mormels. Toch weten de unieke, grappige karakters van de honden haar hart stukje bij beetje te veroveren. En dan is daar ook nog die knappe hondentrainer met wie ze vanaf het begin een klik heeft. Heeft Zeeburcht haar dan toch meer te bieden dan ze dacht?