Kaamos: de periode vlak voor kerst, de meest sombere tijd van het jaar in Lapland. De niet-aflatende duisternis en extreme kou boven de Noordpool zorgen ervoor dat iedereen langzaam buiten zichzelf raakt... misschien wel net genoeg om een moord te plegen.
Sufia Elmi, een beeldschone Finse tv-persoonlijkheid van Somalische afkomst, wordt dood gevonden midden in een besneeuwd veld, haar lichaam is op gruwelijke wijze verminkt en er staat een racistische spreuk in haar borst gekerfd. Aan het hoofd van het onderzoek staat Kari Vaara, hoofdinspecteur van het plaatselijke politiekorps. Vaara, eens een gelauwerd agent in de grote stad, heeft zich teruggetrokken in zijn geboortedorp om oude wonden te laten helen en ziet zich nu voor de zware taak geplaatst om zonder hulp van buitenaf deze zaak op te lossen.
Vaara moet deze potentieel explosieve kwestie zo snel mogelijk op zien te lossen, voordat er een schokgolf door Finland zal trekken, een land dat bang is om zijn eigen xenofobie onder ogen te zien. En alsof dat niet genoeg is, wordt Vaara zelf geplaagd door zijn heftige jeugd en zijn mislukte eerste huwelijk, en komt hij tot de ontdekking dat het verleden hem weer inhaalt: hij vermoedt dat de rijke man voor wie zijn ex hem heeft verlaten de moord gepleegd heeft...