Het boek bevat wederom reisverhalen - want reizen vormde Den Uyls belangrijkste bron van inspiratie - maar ditmaal laat `de koning van de sombere humor' zich ook zien als onder meer charmeur (`Casanova was bij ons vergeleken een beetje zielige jongen'), sportbeoefenaar (`Zelden heb ik zo veel vijanden verzameld als bij die handbalvereniging') en schooljongetje (`Getsie, wat ben jij een smerig kind').
Integraal in dit boek opgenomen is de fameuze verhalenbundel Een zwervend bestaan, 26 afgeronde fragmenten, die Den Uyl zelf `een autobiografische roman' heeft genoemd. De lezer wordt meegetroond naar alle uithoeken van zijn volstrekt unieke geest, variërend van een belangstelling voor gokken en motorraces tot slagvelden van de Eerste Wereldoorlog en krokettenmachines.