Ontdekt op de drempel van een landgoed in Wiltshire, Engeland, wordt de baby Fanny opgevoed tot vrouw door haar adoptieouders, Lord en Lady Bellars. Fanny wil de epische dichter van die tijd worden, maar haar plannen worden in duigen gesmeed wanneer ze wordt opgejaagd door haar libertijnse stiefvader. Fanny vlucht naar Londen en valt in bij idealistische heksen en struikrovers die haar leren over werelden waarvan ze nooit wist dat ze bestonden. Na te hebben gezwoegd in een Londens bordeel dat zich richt op literati, begint Fanny aan een reeks avonturen die haar leren wat ze moet weten om als vrouw te leven en te gedijen.
Het verhaal over Fanny Hackabout-Jones is een hervertelling van Fanny Hill, John Cleland, 1748.