Hitlers ‘machtsovername’ leidde onmiddellijk tot een ramp voor de literatuur en haar schrijvers in Duitsland, met boekverbrandingen en ballingschap tot gevolg. Dit boek beschrijft de sfeer van die dagen, gekenmerkt door angst en zelfbedrog, passiviteit of vastberadenheid. Wie slijmde bij de nieuwe machthebber, wie moest vrezen voor zijn leven en vluchten? Op basis van deels ongepubliceerd archiefmateriaal ontstaat een caleidoscopisch en overweldigend beeld van een gewelddadige tijd. Wittstock laat op indrukwekkende wijze zien hoe brutaal en grondig de onvrijheid van denken, lezen en schrijven de cultuur van een maatschappij kan vernielen.