Toen uitgever Jan Christiaan Sepp in 1800 van start ging met een geïllustreerd overzichtswerk van alle Nederlandse planten, kon hij nooit bevroeden dat het laatste deel pas in 1934 zou verschijnen. Uiteindelijk besloeg de Flora Batava 461 afleveringen, verdeeld over 28 boeken: een titanenwerk waar een uitgebreide kring van amateurbotanici, hoogleraren en kunstenaars aan heeft bijgedragen. Dat resulteerde in de tot dan toe meest complete inventaris van de inheemse flora van het land. Een verzamelwerk dat bovendien prachtig de grote veranderingen in het Nederlandse landschap, de wetenschap en de waardering van de nationale natuur illustreert.
Deze heruitgave in één band bevat een bundeling van alle 2240 platen met daarop meer dan 2630 naar het leven geschilderde planten, paddenstoelen, korstmossen en wieren.
Daaruit zijn 100 iconische soorten gekozen. Deze worden met de oorspronkelijke tekst uitgelicht en zijn voorzien van een verhaal geschreven door een nieuw netwerk aan kenners en bewonderaars van planten. Samen met de uitgebreide inleiding en het soortenregister geeft deze nieuwe Flora Batava een bont beeld van de Nederlandse plantenwereld en het bijzondere dat zij herbergt.
Met bijdragen van Klaas van Berkel, Marga Coesèl, Leni Duistermaat, Hans Van Dyck, Anne Geene, Ivan Hoste, Gerard Oostermeijer, Jelle Reumer, Eddy Weeda en nog vele andere plantenliefhebbers.