In de jaren zestig van de 19e eeuw legden pioniers in de tabak (en kolen) op Sumatra de fundamenten voor een winstgevende industrie die tot op de dag van vandaag bestaat. De autoriteiten deden het in de pers voorkomen alsof er iets groots werd verricht. Begin 20e eeuw veroorzaakte de publicatie 'De millioenen uit Deli' van advocaat Van den Brand een golf van verontwaardiging over de behandeling van contractarbeiders op Sumatra. Van den Brand was de aanleiding voor alle commotie, maar dat hadden de artsen moeten zijn, en anders wel hun belangenverenigingen zoals de (K)NMG. Zij waren ooggetuigen van de structurele misstanden die men buiten beeld trachtte te houden of afdeed als incidenten. Er was sprake van veelvuldige en stelselmatige onderdrukking en mishandeling van arbeiders, zoals slagen met de rotanstok, publieke marteling, belabberde medische zorg en ondervoeding. De regering gelastte een onderzoek, wat leidde tot het beruchte Rhemrev-rapport waarin de auteur de anekdotische waarnemingen van Van den Brand bevestigde met vastgestelde feiten. Het beeld van een verschrikking achter de façade van mooie plaatjes die naar het moederland stroomde, moest gewaarborgd blijven. Beleidsmakers negeerden het Rhemrev rapport en de wantoestanden konden tot ver in de twintigste eeuw blijven bestaan. Artsen hadden ook toen al hun beroepseer en de artseneed, maar er kwam nooit grootschalig verzet van de medici om de wantoestanden rondom hun patiënten aan de kaak te stellen en uit te bannen. In plaats daarvan leverden artsen, wetenschappers en instanties zoals de Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst (KNMG) hun bijdrage aan de beeldvorming rondom Oost-Indië die de Nederlandse overheid en de planters koste wat kost in stand wilden houden.
Met indringende gevalsbeschrijvingen toont Makdoembaks aan dat dit leidde tot weerzinwekkende taferelen. Ook toont hij de impact op het dagelijkse leven van de in wurgcontracten gevangen arbeiders. Zo geeft hij stem aan al die vergeten individuen die tot op heden stemloos bleven. De (K)NMG zou namens de Amsterdamse en Leidse medische faculteiten excuses moeten aanbieden voor hun indirecte betrokkenheid bij de misdaden tegen de menselijkheid in de koloniale periode in Nederlands-Indië.
Nizaar Makdoembaks is een voormalige huisarts en voorzitter van de Stichting Eerherstel Oorlogsslachtoffers Curaçao (SEOC). Hij schreef o.a. De Aprilmoorden - Berichten vanaf het Kerkhof van de Schande (2012), Hoogste babysterfte van Nederland - Leven aan de onderkant in Amsterdam Zuidoost (2012), Chinezen gekwetst in Oost en West (2014), Godfather van Justitie (2016), Wegwerpvrouwen - Het verhulde slavernijverleden van het Nederlandse koloniale leger, 1620-1920 (2017), Killing Camp Suffisant (2017) en De Goslar-affaire - Ontmaskering van een geheime militaire missie (2017).
Met indringende gevalsbeschrijvingen toont Makdoembaks aan dat dit leidde tot weerzinwekkende taferelen. Ook toont hij de impact op het dagelijkse leven van de in wurgcontracten gevangen arbeiders. Zo geeft hij stem aan al die vergeten individuen die tot op heden stemloos bleven. De (K)NMG zou namens de Amsterdamse en Leidse medische faculteiten excuses moeten aanbieden voor hun indirecte betrokkenheid bij de misdaden tegen de menselijkheid in de koloniale periode in Nederlands-Indië.
Nizaar Makdoembaks is een voormalige huisarts en voorzitter van de Stichting Eerherstel Oorlogsslachtoffers Curaçao (SEOC). Hij schreef o.a. De Aprilmoorden - Berichten vanaf het Kerkhof van de Schande (2012), Hoogste babysterfte van Nederland - Leven aan de onderkant in Amsterdam Zuidoost (2012), Chinezen gekwetst in Oost en West (2014), Godfather van Justitie (2016), Wegwerpvrouwen - Het verhulde slavernijverleden van het Nederlandse koloniale leger, 1620-1920 (2017), Killing Camp Suffisant (2017) en De Goslar-affaire - Ontmaskering van een geheime militaire missie (2017).